De zus van de buurvrouw (2)
Er was geen ontkomen aan. Ik zou en ik moest kennis maken met Annelies. Mijn buurvrouw had zich al vroeg gemeld. Welleswaar telefonisch, maar toch.
‘Jacob, ik heb Annelies over je verteld. Ze wil je dolgraag ontmoeten, want ze wil wel eens weten wie die handige man is die al de klusjes voor mij doet.’
Ik voelde een zekere bedreiging van haar opmerking uitgaan. Ik mag buurvrouw wel, maar om nou verder te worden geïntroduceerd in de familie leek me een beetje te veel van het goede.
‘Ik moet even kijken of wel gaat lukken,’ had ik geantwoord. Ik wist niet beter of het bezoek van Annelies omvatte slechts een paar dagen. Dus logischer wijze zou ik met wat smoesjes die tijd wel kunnen overbruggen.
‘Geeft niks,’ zei buurvrouw. ‘Annelies blijf tot zaterdag, dus tijd genoeg. Komt het morgen misschien beter uit?’
Ik voelde me verslagen en mijn weerstand was gebroken. Het was tenslotte pas woensdag.
‘Uh… geen probleem,’ hoorde ik mezelf zeggen. ‘Hoe laat word ik verwacht?’
‘Kom maar rond elf uur. Schikt dat…?’
‘Ja hoor, geen probleem,’ zei ik en ik verweet mezelf een hoge mate van kruiperig gedrag.
‘Nou goed, dan tot morgen Jacob. Ik zal zorgen dat de koffie klaar staat. Je lust toch wel een kopje koffie?’
‘Ja hoor, heerlijk.’
Ik walgde van mezelf.
De volgende dag, stipt om elf uur stond ik voor de voordeur van het appartementje van mijn buurvrouw.
Na een diepe zucht drukte ik op de bel. De ding dong klonk feller dan ik gewend was. Zo leek het althans.
‘Aha, je bent mooi op tijd,’ hoorde ik toen de deur open ging.
‘Zeker, elf uur is elf uur buurvrouw. Je weet hoe ik daarover denk.’
Het klonk bijna huichelachtig.
‘Kom maar verder, je weet de weg. Annelies is in de woonkamer.’
Ik deed de woonkamerdeur open en ik keek wat onwennig om me heen. Geen Annelies te zien.
Buurvrouw die me op de voet gevolgd was, verbaasde zich blijkbaar ook over de afwezigheid van haar zus.
‘Annelies…waar zit je?’ riep ze.
Op hetzelfde moment kwam het hondje van de buurvrouw op mij afgerend. De begroeting van Micky zat vol ongeremdheid en enthousiasme.
‘Laag…laag,’ probeerde buurvrouw nog om te voorkomen dat Micky mij ondersteboven zou springen.
Micky kon het niet nalaten om nog een keer stevig aan te zetten. Door zijn sprong verloor ik mijn evenwicht en stortte als een stervende zwaan neer op de bank. Buurvrouw boog zich bezorgd over mij heen en wilde weten hoe het met me was. Micky stond er bij en keek er naar. De over mij heen gebogen buurvrouw moet op Annelies een merkwaardige indruk hebben gemaakt. We hadden haar niet binnen horen komen.
‘Zo… zo, Jannie, ik wist niet dat jullie zo’n relatie hadden…’
Ik kon de humor van de opmerking van Annelies wel inzien, maar mijn buurvrouw keek haar zus niet begrijpend aan en reageerde in mijn ogen nogal overspannen.
‘Hoe bedoel je…?’ klonk het kort, maar vooral geïrriteerd.
‘Nou, nog zo vroeg en dan al…’ en Annelies wees op mijn horizontale pose.
Mijn buurvrouw kleurde.
‘Toe nou Annelies, daar ben ik niet zo van gediend hoor,’ klonk het verongelijkt.
‘Dan ben je aardig veranderd…’
Ik zag mijn buurvrouw van kleur veranderen.
‘Ja Jacob…Het is toch Jacob… niet? Jannie was vroeger een wilde. Ze heeft mijn ouders heel wat grijze haren bezorgd.’
Buurvrouw Jannie hield de leuning van de stoel vast en ik voelde de spanning in de lucht.
‘Nee, jij dan…’
‘Hoe zo? Wat bedoel je?’
‘Nou dat weet je zelf het beste…’
Ik kon niet anders vaststellen dan dat ik midden een conflict tussen twee zussen was beland en dat ik degene was die door mijn wankele, onstabiele gedrag de aanleiding was. Maar ik vond dat ik me niet met de situatie moest bemoeien. Ik had immers geen flauw idee hoe diep het zat.
Annelies ging voor haar zus staan en ik verwachtte elk moment een linkse directe. Tenminste dat voorspelde haar lichaamshouding.
‘Moet je een goed luisteren zus. Helmutt was een goede vent. Wat jullie er ook van vonden, ik ben gelukkig met hem geweest…’
‘Puh, dat zal best en Klaas dan. Die heb je laten zitten.’
‘Dat kwam jou toch prima uit… Je was harstikke gek op hem. Dacht je dat ik blind was?’
‘Hou toch op. Hij was er kapot van…’
‘Hij was er zo overheen hoor. Dankzij jouw zogenaamde manier van troosten.’
Ik voelde me steeds ongelukkiger met de toestand en ik wist me eigenlijk geen houding te geven. Zelfs Micky begreep dat er sprake was van een hachelijke situatie en beheerste zich.
‘Het is beter dat ik ga…’ brieste Annelies. ‘Het wordt nooit iets tussen ons. Wat ik ook probeer.’
‘Wat jij probeert…hou toch op… Pak je koffer en mijn huis uit.’
‘Met liefde en plezier…’
Ik was er niet toe gekomen om kennis te maken met de zus van de buurvrouw en het leek er sterk op dat dit ook niet ging gebeuren. Aan haar verblijf kwam tamelijk abrupt een einde.
‘Zal ik haar even naar het station brengen?’ stelde ik voorzichtig aan mijn buurvrouw voor.
‘Ze moet maar een taxi nemen…’ was het korte bitsige antwoord. ‘Daar heeft ze heeft geld genoeg voor.’
Ik haalde mijn schouders op.
‘Het was maar een voorstel.’
‘Ze is het niet waard. Het is altijd gedoe tussen ons. Annelies is een kreng en dat zal wel nooit veranderen.
Goh, wat een bezoeking waren die paar dagen…,’ smeulde buurvrouw nog na.
Even later klonk het geluid van de dichtslaande voordeur. Annelies leek voorgoed te zijn vertrokken uit het leven van mijn buurvrouw.