Henry Duval had zich gemeld. Hij stond beneden bij de poort. Eva deed haar jackje aan, het jackje dat ik voor haar had gekocht. Ze was er gek mee.
‘Nou tot vanavond…Ik weet niet hoe laat, maar ik bel of sms je nog wel even.’
Ze gaf me een kus en trok de deur achter zich dicht.
Nadat ik had opgeruimd, had gedoucht en aangekleed, vroeg ik mezelf af waar ik mezelf de hele dag in godsnaam mee moest vermaken. Het was tien uur en ik besloot nadat ik alle zenders op de teevee had gehad, om maar eens nader kennis te gaan maken met onze conciërge. Ik zou haar dan tevens vragen of ze een winkel wist, waar ik een schaakspel kon kopen. Ik ging naar beneden en ik zag dat ze er niet was. Er zat een belletje bij het loket. Ik twijfelde. Misschien was ze wel weg of met iets anders bezig en zo dringend was het ook weer niet. Tenslotte drukte ik toch maar op het belletje. Er gebeurde niets.
Ik wilde weggaan toen ik hoorde; ‘Bonjour monsieur, excusez moi…’
Ze kwam uit het niets, tenminste ik had geen idee waar ze vandaan kwam.
Ik stelde me voor en ze noemde haar naam
‘Marie Bonnet, ’ en ze voegde er aan toe dat ze het prettig zou vinden als ik haar met Marie wilde aanspreken.
‘Joe, alors vous m’áppelez Joe.. ?’ zei ik in mijn beste Frans. Of het helemaal juist was betwijfelde ik, maar ze begreep me in ieder geval.
Ik vroeg haar of ze wist waar ik een schaakspel kon kopen. Ze wenkte me en zei dat ik mee moest komen. Ze maakte de deur aan de zijkant van het loket open die met een schuif was afgesloten. Tot mijn verbazing zag ik dat achter het gangetje een bredere gang liep. Daarachter woonde ze blijkbaar. Er was in ieder geval een huiskamer. Ze zag mijn verbazing en ze liet me haar verblijf zien. Het had ongeveer dezelfde indeling als ons appartement. Ze had één kamer meer dan wij. Ze vroeg of ik koffie lustte of dat ik misschien liever thee wilde. Ik zei dat ik een kopje koffie wel lekker zou vinden. Ze ging naar de keuken en kwam terug met twee koppen en twee biscuits. Het kwam niet vaak voor dat ze koffie dronk met haar gasten, vertelde ze me. Meestal zag ze hen amper. Alleen als er wat bijzonders was. De verhuur ging via een bureau in Parijs. Daar kreeg ze alle informatie vandaan. Wie er kwam en wanneer ze weer gingen. Ze vertelde me dat ze dit werk al een jaar of zes deed. Daarvoor had ze in Parijs gewerkt. Ze had in haar jonge jaren bij de revue gedanst. In de Folies. Ze vroeg of ik wist wat dat was. Ik zei dat ik er van gehoord had maar er zelf nog nooit was geweest. Ze drong erop aan omdat ik nu toch in Parijs was, daar zeker eens naar toe te gaan. Haar dochter werkte in de Starlight Club. Ze was ook danseres. Marie stond op en maakte de la open van het dressoir. Ze pakte er een fotoalbum uit en kwam naast me zitten. Het leek wel of we elkaar al jaren kenden en ik voelde me thuis bij haar. Ze liet me de foto’s zien van haar dochter. Ze heette Veronique. Marie vertelde dat Veronique zevenentwintig was en het schoot door mijn gedachten dat ze dus bijna even oud was als Eva. Veronique was een mooie jonge vrouw. In ieder geval zo stond ze op de foto’s. Ze was een echte Française. Slank, klein en tenger. Maar ze had wel een pittige, charmante uitstraling. Ik probeerde zo goed mogelijk te volgen wat Marie me allemaal vertelde. Ze zei dat ze nooit was getrouwd. Veronique was een ongelukje. Maar ze was wel gewenst. Ze had geprobeerd haar zo goed mogelijk op te voeden. Veronique was opgegroeid tussen de coulissen. Marie vertelde over haar verleden en over de mannen in haar leven. Er was er niet één langer gebleven dan een maand. Allemaal passanten. De enige waarvan ze echt had gehouden was de vader van haar kind. Hij was al getrouwd en had tenslotte toch gekozen voor zijn gezin. Hij kwam uit Tours en was regelmatig met zakenvrienden in Parijs. Het was een fijne man. Ze stond op en pakte uit de lade een ander album. Ze vroeg of ze me niet verveelde met haar foto’s. Ik zei dat ik het interessant vond, en ik meende dat ook oprecht. Ze liet me foto’s van zichzelf zien. Van de tijden dat ze nog volop danste. Ze was een mooie vrouw. Ze vertelde dat ze zeventien was toen ze met dansen begon. Ze was toen ze net twintig was thuis weggegaan om haar geluk te zoeken. Ze wilde een ander leven dan haar ouders. In ieder geval een ander leven dan haar oudere zus, die was getrouwd en een een burgerlijk leven leidde. Ze vertelde dat ze geen contact meer met haar had. Wel met haar jongere zus, een nakomertje. Zij had wel geleefd. Ze vertelde me dat ze in augustus vier en vijftig werd. Ze was dus maar twee jaar ouder dan ik. Ik probeerde me voor te stellen hoe ze eruit zou zien als ze zich zou opmaken en zich anders zou kleden. Haar gezicht was getekend, maar het had nog de duidelijke lijnen van de mooie vrouw op de foto. Haar haren, die ze in een knotje droeg, waren wel wat dunner maar het was de grijze kleur, die haar ouder deed lijken. Al bladerend door het album kreeg ik een indruk van haar. Er waren foto’s bij waarop ze te zien was met bekende gezichten. Ze noemde de namen. Ze vroeg of ik nog een kop koffie wilde. Ik zei dat het goed was. Ik kon mezelf steeds gemakkelijker uitdrukken in de Franse taal. In ieder geval liep het soepeler dan in het begin. Marie genoot terwijl we samen door het album bladerden. Het leek wel of ze alles opnieuw beleefde en ze vroeg me nog een keer of ze me niet verveelde. Ik stelde haar gerust. Ze wees naar een man op de foto. Het was de enige foto die ze van hem had. Een grote vent, in een mooi pak, samen het Marie op een of andere kermis. Hij was de vader van Veronique. Nogmaals vertelde ze me dat hij de enige was waarvan ze echt had gehouden en dat er nooit iemand anders meer was geweest. Ze staarde voor zich uit. Nou ja, wel af en toe eens een, maar niet iemand waarvan ze had gehouden. Ik zag dat ik inmiddels al twee uur bij haar binnen was geweest. Het had me geen minuut verveeld.
Ze vroeg me met welk doel we naar Parijs waren gekomen. Ik vertelde haar over Eva. Over haar optreden in Olympia. Over het tijdelijke werk in de bars rond de Moulin Rouge. Marie staarde voor zich uit. Ze fronste haar wenkbrauwen toen ik vertelde over het leeftijdsverschil tussen Eva en mij en dat we elkaar pas heel erg kort kenden. Ze pakte mijn hand en zei zachtjes dat liefde geen rekening houdt met leeftijd. De vader van Veronique was ook veel ouder dan zij. Ze was zesentwintig. Hij zesenveertig. Op de foto leek hij jonger. Ze zei het zo mooi.
‘L’amour pure est seulement pour çelui qui veut vivre sa vie absolue. Les temps n’est d’aucune importance. “Echte liefde is er alleen voor degene die zijn leven onvoorwaardelijk wil leven. Tijd is totaal niet belangrijk.”
Ze benadrukte dat het belangrijk was om te genieten van het moment en niet te denken in jaren, in getallen. Als ze kon dansen was ze gelukkig en vroeg zich nooit af hoe laat het was. Als ze moe werd was het tijd om te rusten. Het tijdstip was van geen enkele belang. Ze legde haar fotoalbums terug in de lade van het dressoir en liep naar een wandkast, achter in de kamer. Ze kwam terug met een doosje. Er zaten schaakstukken in. Een speelbord had ze niet meer. Ze zei dat ze ook kon schaken.
Ik vroeg of ze een papier had en een potlood of een pen. Of een viltstift.
Ze ging naar de keuken en kwam terug met een stuk wit karton. Ik knipte een vierkant en trok lijnen zodat er velden ontstonden en ik kleurde de velden in.
‘Magnifique,’ zei ze.
Ik vroeg of ze wilde spelen en ze knikte. Marie schaakte goed. Ik vroeg haar waar ze dit had geleerd.
‘Van een collega. Tussen onze optredens zat soms veel tijd. We speelden dan een partijtje schaak, zodat we ons niet verveelden. Hij was beter dan ik,’ vertelde ze.
‘Hij…?’
‘Silvain was een van de dansers. We hadden samen een goede relatie. Hij kwam uit Spanje, uit een dorpje bij Madrid. Niet echt een Spaanse naam. Maar hij had wel het temperament. Silvain kon boos worden als het allemaal even tegenzat. Hij was een perfectionist. Hij wilde altijd het beste zijn, het mooiste hebben. Hij had alleen mij. Verder vond iedereen hem om zo te zeggen niet leuk. Hij heeft me met zoveel geduld en toewijding schaken geleerd, dat ik, al zeg ik het zelf, een aardig partijtje kan spelen.’
‘Dat zie ik…’ zei ik toen ik in een uitzichtloze positie kwam.
‘Zullen we nog een partijtje of moet je weg…?’
‘Nee, maar …’
Marie keek me aan en ze zette haar schaakstukken weer op het speelveld.
Mijn mobiel ging.
Het was Eva en ze vertelde me dat ze niet kwam slapen. Ze had nog een optreden en dan werd het veel te laat om nog terug te gaan naar het appartement. Waarschijnlijk, als het allemaal goed zou gaan, bleef dat de hele week zo.
‘Heb je dan niks nodig, schone kleding of make-up spullen. En waar slaap je dan?’ vroeg ik haar.
Ze bleef bij Duval. Henry had een appartement in het centrum van Parijs. Hij had nog wel een kamer over. Een kleine kamer met een bed. En de spulletjes die ze nodig had, kocht ze wel ergens. Dat was niet het probleem. Ze zei zich een beetje schuldig te voelen om mij zo alleen te laten en hoopte dat ik niet boos op haar was.
‘Nee hoor,’ probeerde ik zó te zeggen dat ze de teleurstelling niet in mijn stem zou horen.
Ze vond het super van me en ze beloofde me in de loop van de avond nog te bellen.
‘Dag lieverd, veel succes,’ en ik legde mijn mobiel op tafel.
‘Toch geen probleem…?’ vroeg Marie
‘Nee hoor. Eva mijn vriendin blijft vannacht ergens anders slapen…’
‘Ze is een mooi meisje, mooie meisjes horen bij Parijs.’
Die opmerking van Marie stelde me niet echt op mijn gemak.
‘Oh,’ zei ze en ze verplaatste de toren zo, dat ik met de beste wil van de wereld niet zag wat mijn volgende zet moest worden.
‘Eet je nu vanavond alleen…?’ vroeg Marie.
‘Ja, ik moet alleen nog even wat verzinnen.’
‘Lust je salade met kip?’
Ze keek me aan en voegde er aan toe, ‘er is genoeg, ik zou het fijn vinden als je bij mij blijft eten.’
Ik vroeg me even af of het wel verstandig was om te blijven eten bij Marie. Maar ik wist dat ik haar zou teleurstellen wanneer ik zou zeggen dat ik niet zou blijven.
‘Nou, ik maak graag gebruik van je aanbod.’
‘Mooi, hoe laat wil je graag eten?’
‘Maakt me niet uit, ik pas me wel aan.’
Ondertussen zag ik dat ook de tweede partij voor mij verloren ging. Ze verontschuldigde zich, maar ik zei dat het niet erg was. Ze was gewoon beter.
‘Wil je wat drinken. Ik heb nog wel een flesje wijn. Rood?’
‘Graag, als jij ook een meedoet. Dat is wel net zo gezellig.’
Marie liep naar de keuken en kwam terug met twee glazen en een fles rode wijn.
‘Zal ik hem voor je open maken?’
Ze knikte en terwijl ik de fles ontkurkte zette Marie de glazen op de onderzetters, die ze uit de la had gepakt, die aan de onderzijde van het tafeltje zat.
‘Santé.’
‘Santé Marie, op onze kennismaking.’
Ze vroeg of ik rookte. Ik schudde van nee.
Marie stak een klein sigaartje op. Ze zei dat ze genoot van het sigaartje, van de wijn en van mijn gezelschap en vroeg of ik het vervelend vond om nog even met haar wat boodschappen te doen.
‘Geen probleem, dan kan ik zelf ook nog wat aanvullen.’
Nadat onze glazen leeg waren stond ze op en nam haar jas van de kapstok. Een zwarte jas, die in mijn ogen een dure uitstraling had. Ze zag dat ik keek.
‘Het is een ouwetje, maar ik kan er nog steeds geen afscheid van nemen. Ik heb hem ooit gekregen tijdens een privé dansfeest van iemand. Niet als betaling, maar gewoon omdat hij me leuk vond. Hij ontwierp en verkocht dit soort kleding aan de betere kledingzaken in Parijs en andere grote Franse steden. Hij heeft het later ook in Duitsland geprobeerd, zonder al te veel succes overigens. Phillipe was een beetje aparte vent, maar als hij je mocht, kon je alles van hem krijgen.’
Ik realiseerde me dat ik mijn jas nog in het appartement had liggen.
‘Ik ben zo terug Marie, een momentje alsjeblieft.’

28