WAS

 

Het grote geheim van kasteel Okkervliet (2)


De professor heeft razendsnel zijn schoenen aangedaan.
‘Ik heb ze gisteren nog gepoest. Dan kunnen jullie zeker wel zien.’
‘Nou professor, ze blinken wel. Ze lijken wel als nieuw,’ zegt Elfje Lief.
‘Het was wel een boel werk. Het was ook al weer zo lang geleden. Ik vergeet dat steeds. Elke keer denk ik wat moest ik ook al weer zo nodig doen en dan ben ik het vergeten. Gisteren dacht ik er weer eens een keer aan en toen heb ik ook maar meteen de borstel en de schoenenpoets gepakt. En wat vinden jullie er van?’
‘Zoals ik net al zei, ze zien er weer uit als nieuw,’ herhaalt elfje Lief.
‘Oh, juist ja. Soms ben ik ook zo vergeetachtig.’
‘Dat heb je soms als je professor bent geworden,’ lacht elfje Boefje.
‘Ja, dat zeg ik, soms vergeet ik wel eens waar ik woon. Dan zeggen ze dat je een beetje verstrooid bent.’
‘Dus u bent eigenlijk een verstrooide professor,’ giechelt elfje Bloem.
‘Ja elfje Bloem, zo noemen ze dat inderdaad. Een verstrooide professor.
Eigenlijk wel een grappige naam.’
‘Weet meneer de verstrooide professor dan nog wel de weg naar het kasteel?’ vraagt elfje Knutsel.
‘Ik weet de weg er naar toe blind te vinden.’
‘Zullen wij u dan eens blinddoeken?’ stelt elfje Boefje voor.
‘Nou dat lijkt mij niet zo’n goed plan elfje Boefje. Straks loopt de professor tegen een grote dik boom en dan krijgt hij misschien nog wel een grote dikke bult op zijn hoofd. En dat moeten we niet hebben,’ zegt elfje Lief.
‘Nee, dat lijkt mij ook niet.’ De professor is het met elfje Lief eens.
‘Maar nu we toch onderweg zijn is het misschien wel leuk om eens te kijken wat er zo allemaal te vinden is op weg naar het kasteel. Wat er zo al groeit en bloeit. Vinden jullie dat een goed plan?’
‘Een heel goed plan.’
Elfje Lief is het helemaal met professor Knappebol eens.
Zo is het niet alleen een leuke wandeling naar het kasteel maar ook nog een wandeling waarbij een hoop valt te leren.
‘Wat zijn dit voor dingen?’ vraagt elfje Knutsel
‘Kastanjes, tamme kastanjes,’ antwoordt de professor.
‘Zijn er dan ook wilde?’
‘Zeker elfje Knutsel. Er zijn tamme en wilde kastanjes.’
‘Wat is dan het verschil?
‘Nou een tamme kastanje kun je eten en een wilde niet. Daar krijg je buikpijn van.’
‘Maar hoe weet ik nou of hij wild of tam is?’
‘Dat kun je zien. Een wilde kastanje is mooi rond en een tamme is wat platter en heeft een puntje met een wit pluimpje. Een soort veertje. En dat is dan wit.’
‘Net als bij een kip?’ vraagt elfje Knutsel.
‘Nou,’ lacht de professor. ‘Ik geloof niet dan een kastanje veel op een kip lijkt.’
Elfje Boefje krijgt de slappe lach.
‘Een kastanje die op een kip lijkt, maak dat de kat maar wijs.’
‘Toe nou elfje Boefje, zo dom is dat niet van elfje Knutsel. Wat elfje Knutsel wil zeggen is dat het pluimpje dat aan de tamme kastanje zit op een kippenveertje lijkt. En ik moet eerlijk zeggen dat ik dat best een slimme opmerking vind,’ zegt elfje Lief tegen elfje Boefje.
‘Ja, als je het zo bedoelt. Dan snap ik het. Sorry hoor.’
‘Zo zie je maar weer. Niet te snel je oordeel klaar hebben over wat iemand zegt.’
‘Je hebt gelijk elfje Lief.’
Het duurt nog even voordat ze bij het kasteel zijn. Er is ook zoveel onderweg te zien.

 

Heb je ook een idee voor ELFJE LIEF,stuur een email naar This email address is being protected from spambots. You need JavaScript enabled to view it. ( een mooie tekening vinden we ook leuk en de mooiste zetten we op de website van Elfje Lief.)

 

WAS