Het mysterie van de verdwenen gouden pannenkoek 

 

 

'het mysterie van de verdwenen gouden pannenkoek'

 HOOFDSTUK 15 

‘Goed geslapen Stoot?’ vraagt Slag de volgende morgen als Dirk Stoot het kantoor binnenkomt. ‘
‘Niks te klagen. En jij?’ antwoordt Stoot terwijl hij met veel vertoon achter zijn bureau gaat zitten.
‘Nee ik ook niet. Hoewel ik nog eens over die Van Dongen heb nagedacht. Ik vind het toch wel een schimmig ventje. Hij zegt dan wel iets op het spoor te zijn, maar wat ik niet goed kan vatten is dat hij steeds maar weer opduikt tijdens ons onderzoek. Eerst dat geval bij de Egelantier en nu weer met zijn gestolen wagen. Het zal allemaal wel heel toevallig zijn, maar toch…’ zegt Slag.
‘Tja, daar heb je misschien wel een punt, maar bewijs heb je niet,’ zucht Dirk Stoot.
‘Dat klopt Stoot, maar ik heb zo’n gevoel dat hier meer aan de hand is en je weet dat mijn gevoel mij maar wat vaak op het goede spoor heeft gezet. Enfin, we zullen zo meteen alles op een rijtje zetten, maar eerst maar we gaan eerst op ons gemak een kopje koffie drinken.’
‘Prima idee Slag, zonder koffie ben ik maar een halve speurder,’ zegt Stoot met een lach.
Op het zelfde moment komt juffrouw Toos het kantoor binnen met een grote kan met koffie.
‘Ik heb verse appeltaart…’ zegt ze en ze wijst op drie grote stukken goudbruin gebakken appelgebak.
‘Juffrouw Toos, het is pas half tien…’
‘Nou en? Ik dacht, de heren zullen wel trek hebben in zo’n stukje appeltaart.’
‘Stukje…? Zeg maar stukken, tjonge wat een grote punten heb je afgesneden.’
‘Dat lijkt maar zo meneer Bernard… uh bovendien de appeltaart moet op. Ik krijg die echt niet in mijn eentje op.’
‘Wel heel aardig juffrouw Toos, dat je aan ons hebt gedacht,’ gniffelt Dirk Stoot, die wel zin heeft in een stuk taart. ‘Laat me dat baksel van jou maar eens proberen.’
‘Jawel hoor, meneer Dirk Stoot zal zich wel even opofferen,’ grinnikt Slag.
‘Zo ben ik nou eenmaal. Altijd bereid om een juffrouw uit de nood te helpen en zeker als het juffrouw Toos is.’
‘Natuurlijk en zeker als er wat te eten is. Tjonge, wat ben jij een slijmerd…’ is de reactie van Slag, die vervolgens ook een stuk appeltaart van het dienblad neemt.
‘Maar jij spuugt er ook niet in…als ik dat zo zie,’ grinnikt Stoot.
‘Heren, koffie?’ vraagt de secretaresse van Slag & Stoot.
‘Graag juffrouw Toos, zat er nog iets bij de post?’
‘Heb ik nog niet gekeken. En ik moet het antwoordapparaat ook nog even afluisteren.’
‘Maar eerst koffie juffrouw Toos. Je drinkt toch wel een kopje met ons mee…en natuurlijk neem je ook een stukje van je eigen taart.’
‘Oké, maar dan ga ik echt aan het werk. Ik moet nog het een en ander wegwerken.’
‘Tja, zo’n vrije dag hakt er flink in…’gniffelt Stoot.
‘Dat was eergisteren…’
‘Maar toch…’
‘Ach juffrouw Toos, laat hem toch. Hij weet niet beter…’ zegt Bernard Slag tegen haar.
‘Geeft niks hoor, ik kan wel tegen een stootje…’antwoordt juffrouw Toos met een brede lach.
‘Ook tegen dit Stootje…?’ grinnikt Dirk Stoot.
‘Vooral tegen dat stootje…’antwoordt juffrouw Toos. ‘Als je dat maar weet.’
‘Natuurlijk juffrouw…ik heb het in mijn oren geknoopt. Weet een van jullie misschien wat het vandaag voor weer gaat worden? Ik moet nog een paar boodschappen doen en ik ben vandaag op de fiets,’ gaat Stoot verder.
‘Ben je bang dat je nat wordt Dirk Stoot. Nou volgens mij kun je daar wel tegen,’ zegt Bernard Slag.
‘Dat is het punt ook niet, maar ik heb geen regenjas meegenomen. Een beetje dom, ik weet het, maar ik ben ook maar eens mens.’
‘En wat voor eentje,’ grinnikt juffrouw Toos.
‘Dat weet ik ook niet zo precies juffrouw Toos, maar in elk geval is het er eentje die zijn regenjas heeft vergeten,’ antwoordt Bernard Slag, terwijl hij de laatste kruimels van de appeltaart op zijn lepeltje schuift.
‘Ik had ook nog een slagroom. Tjeetje, helemaal vergeten. Het is welleswaar slagroom uit een spuitbus…’ zegt juffrouw Toos.
‘En daar kom je nu mee,’ is de reactie van Dirk Stoot. ‘Nu kan ik niet anders dan nog zo’n overheerlijk stuk appeltaart nemen… Heb je nog een klein puntje of zo?’
‘Dirk…! Vandaag of morgen pas je niet meer in je bureaustoel…’ zegt Slag.
‘Daar hoef je net bang voor te zijn Slag, ik heb volgende week een afspraak bij de sportschool.’
‘Bij de sportschool…!’ reageert Slag vol ongeloof. ‘Jij…? Dat ik dat nog meer mag maken…Dirk Stoot gaat naar de sportschool… Juffrouw Toos, de wonderen zijn de wereld nog niet uit.’
‘Allen maar effe kijken… voorlopig,’ antwoordt Dirk Stoot heel voorzichtig. ‘Kijken kost niks… en eerst maar even zien of het iets voor mij zou kunnen zijn.’
‘Hij trekt de keutel alweer in juffrouw Toos… zo kennen we onze Dirk weer,’ zegt Slag met een brede lach.
‘Tja, zo gaat dat nou eenmaal met hem meneer Bernard. Maar ik zal eerst eens even het antwoordapparaat afluisteren, dat wordt de hoogste tijd. En meneer Dirk, de appeltaart staat in het keukentje, dus…’
Juffrouw Toos loopt naar het antwoordapparaat en druk de afspeeltoets in.

“Tegen die tijd dat het gaat regenen, dan is het ruim na achten. Misschien wel tegen negenen. Dat scheelt niet zo veel, eigenlijk niet meer dan één lettertje. En… dat is nou net de letter die ik zoek”
klinkt het over het kantoor.
‘Aha, het weerbericht…’zegt Dirk Stoot.
‘Nee Dirk, een bericht van onze meneer Iks…’antwoordt Bernard E. Slag, terwijl hij over zijn kin wrijft. ‘Die stem… die stem, waar heb ik die eerder gehoord?’ vraagt hij zich af.
Dirk Stoot kijkt zijn baas aan terwijl hij een stukje appeltaart naar binnen werkt.
‘Geen idee…moeten we die…uh… eerder hebben… uh gehoord…?’ zegt hij met volle mond.
‘Ergens… maar waar Dirk,’ mompelt Slag terwijl hij nog een keer naar het bericht luistert.
 

   

terug naar “overzicht”klik hier.