WAS

 

Elfje Knutsel en het mezenkooitje (8)

 

De professor en de elfjes genieten van de verse cake en de bessenlimonade.
Nadat alle glaasjes leeg zijn vraagt elfje Knutsel aan professor Knappebol of hij er al over heeft nagedacht.
‘Toe nou elfje Knutsel. Laat de professor nou even met rust,’ moppert elfje Lief.
Elfje Knutsel kijkt beteuterd naar professor Knappebol.
‘Laat maar elfje Lief. Ik begrijp het ongeduld van elfje Knutsel wel.’
De professor staat op en loopt naar het raam. Hij kijkt naar buiten en zegt geen woord. Daarna draait hij zich om en loopt naar elfje Knutsel.
‘Weet je, toen ik zo jong was als jij wilde ik ook graag alles weten. Dat kan ik goed begrijpen. Maar soms is het wel eens moeilijk. Het is al weer zo lang geleden dat ik naar het kasteel ben geweest…’
‘Maar…’
‘Niet doen elfje Knutsel… Als de professor niet wil dan is dat zo,’ zegt elfje Lief op strenge toon. ‘
‘Dat begrijp ik wel elfje Lief, maar misschien is het wel goed als je iets niet wilt omdat je er bang voor bent, om het dan toch maar te doen. Dat kan je ook helpen om er over heen te stappen. Dan is de berg ineens niet zo hoog meer, zeker niet als je er boven op staat.’
‘Waar heb je dat dan vandaan?’ zegt de professor.
‘Dat stond in een boek dat ik van karabouter Karawinkel heb gekregen. Het gaat over een klein kereltje. Een soort karabouter die bang is voor molshopen. Als hij op een dag voor een molshoop staat durft hij niet verder. Een vlinder vertelt hem dat hij boven op de molshoop moet klimmen. Dat durft het kleine kereltje niet, maar met de hulp van de vlinder zet hij zich tenslotte over zijn angst heen en als hij boven op de molshoop staat is de molshoop ineens niet zo eng meer. Hij heeft een prachtig uitzicht en hij is blij dat hij het toch heeft gedaan. Hij bedankt de vlinder en als hij nu een molshoop ziet gaat hij er naar toe en klimt hij er zonder angst op om zo te kunnen genieten van het uitzicht. Zo zie je maar weer als je ergens tegen op ziet het beter is om er iets aan te doen dan het zo maar te laten.’
‘Ja,’ zucht de professor. ‘Dat is een wijze les elfje Knutsel. Bedankt.’
‘En nu…?’ vraagt elfje Knutsel.
‘En nu…? Nu nog even niets elfje Knutsel. Ik vind dat je mij een goede raad hebt gegeven, maar ik moet er nog even over na denken. Kom we nemen nog een glaasje limonade en wie van jullie lust er nog een plakje cake.’
‘Ik…’ klinkt het in koor. De elfjes hebben nog wel zin in die overheerlijke zelfgebakken cake van professor Knappebol.
‘Kasteel Okkervliet… wat was dat een mooie tijd,’ mompelt de professor. ’Het kasteel had een mooie tuin. De baron maar ook de baronesse waren altijd zo aardig en gastvrij. Ik heb vaak met de baron een partijtje schaak gespeeld. Hij was wel heel erg goed. Meestal won hij.’
‘Dus alleen maar goede herinneringen…’zegt Elfje Bloem
‘Zeker elfje Bloem, alleen maar goede herinneringen. Ik denk dat we maar eens op weg moeten gaan naar kasteel Okkervliet. Misschien is baronesse Geertruida van Schepsel tot Okkervliet wel heel erg blij als ze mij weer ziet. En jullie natuurlijk ook. Dank je wel elfje Knutsel voor je mooie verhaal over de molshoop. Dat heeft me goed geholpen.’
Elfje Knutsel wordt er een beetje verlegen maar ook wel nieuwsgierig van. Zullen er op het kasteel echte mezenkooitjes zijn?

 

Heb je ook een idee voor ELFJE LIEF,stuur een email naar This email address is being protected from spambots. You need JavaScript enabled to view it. ( een mooie tekening vinden we ook leuk en de mooiste zetten we op de website van Elfje Lief.)

 

WAS