Elfje Knutsel en het mezenkooitje (5)
Elfje Knutsel vertelt de andere elfjes over het mezenkooitje en over de nestkastjes die hij samen met karabouter Karabouwtje heeft gemaakt.
‘Ze moeten nog even drogen en dan kunnen ze worden opgehangen in het Kronkelbos. Dan hebben de koolmeesjes en de roodborstjes een warm plekje waar ze kunnen overwinteren.’
‘Gaat Karabouwtje de nestkastjes zelf ophangen?’ vraagt elfje Bloem.
‘Dat denk ik wel. Misschien dat hij nog hulp nodig heeft. Maar dan zal hij ons vast wel een berichtje sturen. ‘
‘Misschien dat hij nog wel even naar ons huisje komt,’ zegt elfje Bloem.
‘Ik stel voor dat we morgen eerst maar eens even naar de professor gaan. Ik ben eigenlijk wel nieuwsgierig wat hij ons over het kasteel kan vertellen. Misschien wonen er wel prinsen en prinsessen. Of een koning?’ klinkt het opgewonden. De andere elfjes zijn de opwinding bij elfje Lief niet zo gewend. Meestal is elfje Lief heel erg kalm. Maar nu niet. Elfje Lief kan bijna niet wachten, maar ze zal toch even geduld moeten hebben. Want eerst gaan de elfjes slapen en pas wanneer het morgen is geworden en iedereen er klaar voor is, dan pas is het tijd om naar professor Knappebol te gaan.
‘En als de professor er ook niets over kan vertellen?’ vraagt elfje Zon. ‘Gaan we dan zelf naar het kasteel toe? Dat lijkt me best een beetje eng hoor. Ik ben nog nooit in een echt kasteel geweest. Misschien is het er helemaal niet leuk.’
‘Dat kun je nu nog niet zeggen elfje Zon,’ zegt elfje Bloem. ‘Dat weet je pas als je er bent geweest.’
‘Daar heb je gelijk in, maar ik vind het best wel spannend.’
‘Dat is het ook. Maar ik denk dat we nu maar beter naar onze bedjes kunnen gaan. Dan zijn we morgenvroeg in ieder geval uitgerust,’ stelt elfje Lief voor.
De andere elfjes zijn het daar helemaal mee eens. En even later is het stil geworden in het huis van de elfjes.
Heb je ook een idee voor ELFJE LIEF,stuur een email naar