WAS

Elfje Knutsel en het mezenkooitje (2)

‘Goede middag elfjes. Wat brengt jullie naar hier?’ vraagt karabouter Karabouwtje als hij de twee elfjes ziet. ‘Het is zulk slecht weer. Ik had vandaag niemand verwacht, zeker niet met al die regen.’
Terwijl elfje Lief de regendruppels van de paraplu afschudt doet elfje Knutsel de capuchon af en trekt de regenjas uit.
‘Ik zal eerst maar eens een lekker kopje verse eikeltjesthee voor jullie maken,’ zegt de karabouter en hij loopt naar het fornuis waar een grote koperen ketel op staat. Hij neemt de ketel van het fornuis en vult hem bijna helemaal met water. Daarna maakt hij het deurtje van het fornuis open en hij gooit twee grote houtblokken op het vuurtje. Dan pakt hij een pook en binnen de kortste keren brandt het vuur in het fornuis volop.
‘Zo hebben we binnen een mum van tijd lekker warm theewater. Maar goed, wat brengt jullie naar hier…of had ik dat al gevraagd?’
‘Ja hoor, dat had u al gevraagd,’ zegt elfje Knutsel. ‘Maar we hebben u nog geen antwoord gegeven.’
‘Oh…’ zegt Karabouwtje een beetje verstrooid. Het lijkt wel of hij met zijn gedachten ergens anders is.
‘Karabouwtje,’ zegt elfje Knutsel. ‘Ik verveelde me een beetje en daarom kwam ik op het idee dat u misschien wel een knutselkarweitje voor mij had.’
Karabouter Karabouwtje kijkt naar elfje Knutsel.
‘Nou dat komt wel heel erg goed uit. Ik heb het reuze druk. Ik moet nog vijftien mezenkooitjes maken voordat de winter begint. Die moeten allemaal nog in elkaar worden gezet, dan nog worden geverfd en tenslotte moeten ze ook nog eens een keer worden opgehangen in het bos. Dus ik kan wel wat hulp gebruiken. Denk je wel dat je mij daarbij kunt helpen elfje Knutsel?’
‘Ik denk het wel. Ik heb wel vaker kooitjes voor mezen gemaakt. En ook voor roodborstjes en voor vinkjes. Dus…’
‘Dan komt dat heel goed uit,’ antwoordt Karabouwtje met een lach.
Hij is opgelucht dat elfje Knutsel hem wat werk uit handen kan nemen. Hij had niet geweten hoe hij alle vijftien mezenkooitjes op tijd klaar had moeten krijgen voor de winter.
‘Kom elfje Knutsel, we gaan aan werk. We mogen geen tijd verliezen,’ zegt de karabouter nadat ze samen thee hebben gedronken.
‘Kan ik ook nog wat doen?’ vraagt Elfje Lief.
Karabouwtje denkt eens diep na.
‘Wil jij verse broodjes voor ons halen bij karabouter Karabakje?’
‘Dat wil ik wel doen hoor,’ antwoordt elfje Lief. ‘Maar ik wacht wel even tot het niet zo hard meer regent.’
‘Natuurlijk elfje Lief. En oh,breng ook maar drie van die heerlijke appelflappen mee. Ik trakteer,’ zegt karabouter Karabouwtje met een lach.
Even later wordt het droog en gaat elfje Lief op weg naar bakker Karabakje.
Elfje Knutsel is al druk bezig in de werkplaats.

 

Heb je ook een idee voor ELFJE LIEF,stuur een email naar This email address is being protected from spambots. You need JavaScript enabled to view it.

 

WAS