WAS

 

Vakantieverhalen van de Elfjes

 

De picknick (4)

 

Karabouter Karabouwtje heeft zich aan zijn woord gehouden. Hij is zo vlug als hij kon naar de grote eik gekomen. Hij heeft een grote ijzeren vuurkorf meegebracht.
‘Als het vanavond donker wordt dan maken we een vuurtje,’ zegt hij. ‘Dat maakt het extra gezellig.’
‘Is dat dan niet gevaarlijk, zo in het bos een vuurtje maken?’ vraagt elfje Zon.
‘Als je maar goed oplet en voorzichtig bent. Dus bijvoorbeeld nooit een vuurtje maken als er droog gras of droog hout op de grond ligt. Het eerste wat we straks gaan doen voordat we de vuurkorf aansteken is er voor zorgen dat er niets in de buurt ligt wat kan gaan branden. Alleen zand, dat is alles. Meer niet. Bovendien gaan we er voor zorgen mocht er iets mis gaan, dat we in kunnen grijpen.’
‘Hoe bedoelt u dat Karabouwtje?’
‘Nou, zoals je ziet heb ik drie spaden meegenomen. Mocht het mis gaan dan gooien we met deze spaden er zand overheen, zodat het vuur gedoofd wordt.’
‘Ik vind het toch best een beetje eng,’ zegt elfje Zon. ‘Jullie moeten echt voorzichtig zijn hoor.’
‘Dat beloven we,’ antwoordt Karabouwtje en de karabouters zijn het met hem eens.
‘En als het vuur brandt? Wat dan?’ vraagt Elfje Bloem.
‘Als het vuur brandt, ja…’ klinkt het heel geheimzinnig. ‘Als het vuur brandt dan komen er verhalen. Spannende verhalen. Iedere karabouter zal jullie dan een spannend verhaal vertellen,’ antwoordt Karabouwtje.
‘Toch geen enge verhalen?’ vraagt elfje Lief.
‘Nee hoor, alleen spannende verhalen.’
‘Oh, dan is het goed,’ is de reactie van elfje Lief.
In de verte zien ze elfje Boefje en professor Knappebol aankomen. Elfje Boefje draagt een grote zak.
‘Zo, als daar allemaal bramen in zitten dan hebben ze flink hun best gedaan,’ gniffelt elfje Knutsel. ‘Die kun je nog eens om een boodschap sturen.’
‘Niet plagen elfje Knutsel. Ze hebben hun lesje gehad en nu is het genoeg.’
Elfje Lief staat op en loopt elfje Boefje en de professor tegemoet.
‘Fijn dat jullie er zijn. Mooi op tijd om te gaan luisteren naar de spannende verhalen van de karabouters. O ja, we hebben een vuurkorf. Die heeft Karabouwtje meegebracht. Daar kunnen we straks allemaal om heen gaan zitten. Dat maakt het extra gezellig.’
‘Zo,’ zegt de professor. ‘Gaan de karabouters verhalen vertellen. Dat is leuk. Nou ik weet er ook nog wel eentje.’
‘Kom dan maar vlug mee. Eerst bramen eten en daarna…’
‘Ja, daarna lekker enge verhalen luisteren,’ zegt elfje Boefje.
‘Niks enge verhalen… spannende verhalen, dat is heel wat anders,’ antwoordt elfje Lief.
Oh…’ klinkt het teleurgesteld. ‘Nou ja, misschien is spannend ook wel leuk.’
‘Zo is dat elfje Boefje,’ zegt de professor lachend.
Even later zijn ze met z’n allen in het bos aan het zoeken naar droge takken.
Dan is het zover. Het hout in de korf knettert en er ontstaat een gezellig kampvuurtje. Dan wordt het de hoogste tijd voor het eerste verhaal.

 
 

Heb je ook een idee voor ELFJE LIEF,stuur een email naar This email address is being protected from spambots. You need JavaScript enabled to view it. ( een mooie tekening vinden we ook leuk en de mooiste zetten we op de website van Elfje Lief.)

 

WAS