WAS

 

De boomhut van elfje Boefje en elfje Knutsel (8)

Elfje Boefje en elfje Knutsel hebben bijna twee weken gewerkt aan de boomhut. Ze zijn elke dag vroeg op pad gegaan en het was vaak al bijna donker voordat de twee elfjes weer naar huis gingen. Elfje Boefje heeft zelfs een grote blaar op zijn hand. Dat komt van het zagen. Hij heeft wel vijftig planken gezaagd, misschien zelfs wel meer. Elfje Knutsel heeft alle planken aan elkaar vast getimmerd. Bijna alle spijkers zijn gebruikt. Met stevige knopen hebben ze de touwen vastgemaakt en de boomhut ziet er mooi uit. Hij is bijna klaar.
De elfjes hebben aan de karabouters en de professor gevraagd om hen te helpen bij het omhoog takelen van de boomhut.
‘Laat het ons maar even weten, zo gauw jullie klaar zijn,’ was het antwoord van karabouter Karabouwtje geweest. ‘Dan zullen wij er zijn.’
De beide elfjes hebben een ronde boomhut gemaakt, die helemaal om de stam van de eik past. Zo hebben ze aan alle kanten uitzicht.
‘Is onze hut niet te zwaar geworden?’ vraagt elfje Boefje zich af.
‘Misschien valt het wel mee. Vele handen maken licht werk.’
‘Waar heb je dat nou weer vandaan?’
‘Nou,’ zegt elfje Knutsel. ‘Hoe meer hulp, hoe gemakkelijker het gaat. Dat zei de professor een tijdje geleden toen hij in de tuin aan het werk was. Toen hebben elfje Lief en elfje Bloem hem geholpen. Zodoende.’
‘Dus hoe meer hulp we hebben, hoe minder we zelf hoeven te doen,’ zegt elfje Boefje.
‘Ja, ja….’ lacht elfje Knutsel. ‘Als je maar niet denkt dat je niets hoeft te doen, want dat is niet het geval.’
Elfje Boefje schudt zijn hoofd.
‘Uh, nee hoor. Natuurlijk niet… Zeg, wat denk je wel van mij.’
‘Daarom juist,’ gniffelt elfje Knutsel.
‘Nou… kom we gaan de laatste plankjes vastmaken en dan is de klus geklaard.’
Elfje Boefje zaagt nog twee plankjes en elfje Knutsel spijkert de beide plankjes vast bij de ingang van de hut.
‘Zo, daar past de ladder precies tussen. Kijk, als we in de hut zijn kunnen we met dit stuk touw de ladder optakelen, zodat niemand meer naar boven kan.’
‘En naar beneden,’ mompelt elfje Boefje.
‘Toe nou, elfje Boefje, doe niet zo dom. We kunnen hem alléén optakelen als we in de hut zijn, dus kunnen we hem ook weer laten zakken als we naar beneden willen.’
‘Dus als we beneden zijn, dan kan iedereen in onze hut?’
‘Hoezo?’
‘Nou dan staat de ladder beneden, op de grond… of niet soms?’
‘Tja, daar heb je eigenlijk wel gelijk in,’ mompelt elfje Knutsel.
‘Misschien dat we daar toch maar iets op moeten verzinnen.’
‘We kunnen de ladder verbergen,’ stelt elfje Knutsel voor.
‘Ja, dat kunnen we zeker. Lekker handig om zo’n lange ladder ergens te verstoppen,’ zegt elfje Boefje.
‘Laat mij eens even denken…’
Elfje Knutsel kijkt naar boven, naar de plek waar de boomhut gaat komen.
‘Eigenlijk is het onzin,’ zegt hij. ‘Wie komt hier nou. Hooguit een paar herten en haasjes. En eekhoorntjes en zo. Nou, die zullen echt niet naar boven klimmen.’
‘Je hebt gelijk elfje Knutsel. We laten het zo.’
Even later zijn de beide elfjes weer op weg naar huis. Ze zijn tevreden en ook een beetje opgewonden, want de boomhut is nu eindelijk af.

 

Heb je ook een idee voor ELFJE LIEF,stuur een email naar This email address is being protected from spambots. You need JavaScript enabled to view it. ( een mooie tekening vinden we ook leuk en de mooiste zetten we op de website van Elfje Lief.)

 

WAS