Henneman

 

Stel… Henneman neemt stelling( meer of minder)

 

 

Stel… je zit rustig op een doordeweekse woensdagavond ( want die zijn nou eenmaal doordeweeks) voor de teevee. Er zijn gemeenteraadverkiezingen, maar niet voor jou, want jouw gemeente moet eerst nog worden heringedeeld. Althans daar moet nog ergens iets over worden gezegd of besloten. Je hebt de afgelopen dagen de debatten van de lijsttrekkers en voorgangers van de landelijke politiek proberen te volgen en dankzij een strip paracetamolletjes heb je al met al toch nog dat grieperige gevoel dat je er aan over leek te houden kunnen onderdrukken. (Dit is een tamelijk lange zin en dat is dan tevens het leermoment voor jou geweest. Want… de politiek volgend…  hoe langer de zinnen en het betoog, hoe lastiger het is om aan het eind nog een idee te hebben waar het eigenlijk over gaat, of te wel te kunnen achterhalen wat de oorspronkelijke mededeling respectievelijk de oorspronkelijke vraag is geweest aan het begin van de zin.)

 

Ben je de weg al kwijt…? Zo niet, dan gefeliciteerd.
Enfin, dus woensdagavond, geen verkiezingen voor jou, maar gelukkig is er voetbal op teevee. Als jouw vrouw plotseling zo maar vanuit het niets vraagt om de vuilniszak buiten te zetten en dit dan ook nog doet tijdens een voetbalwedstrijd van een of ander Turkse club met Schneider in de gelederen, dan is het tijd voor een ellenlang antwoord. Conform het leermoment. (Dus vooral geen ellendig antwoord, want dat leidt alleen maar tot irritaties.) Je betoog moet zo goed zijn opgebouwd en zo lang van stof zijn dat als ze zegt, “heb je eigenlijk wel gehoord wat ik je net heb gevraagd?”, dat jij dan kunt zeggen, “ik ben volgens mij uitgebreid op je vraag ingegaan. Wat is er mis met mijn antwoord”.
‘Wil je het dan nog even herhalen?’ zal ze vragen. ‘Want ik begrijp het niet helemaal,’
Je ziet Sneijder richting de goal huppelen, maar je weet maar al te goed dat het negeren van de vraag van je eega zeker geen plus zal scoren. Nee, dat wordt ongetwijfeld een zware onvoldoende.
‘Natuurlijk wil ik dat,’ zeg je daarom, maar je meent het eigenlijk niet.
‘Wat ik zei is dat het niet zinvol is om de vuilniszak nu al buiten te zetten omdat de kans dat zwerfkatten en of zwerfhonden zich volvreten aan ons afval en daarmee het overige afval, zeg maar het resterende rotzooi en troep waar zelfs deze katten en honden geen brood van lusten rondom de vuilniszak zal worden verspreid en dat het daarom volgens mij beter is en in elk geval verstandiger zou zijn om de vuilniszak niet eerder buiten te zetten, dan op een tijdstip dat er een redelijke kans is dat genoemde zwerfdieren zich elders in de straat te buiten zijn gegaan aan de vuilniszakken van de buren en het daarom vrij onwaarschijnlijk is dat deze zwervers zich alsnog zullen storten op onze vuilniszak, eenvoudigweg wegens een gebrek aan honger en daarmee motivatie en uitdaging. Dat zei ik net. Begrijp je het nu wel?’
De doorsnee vrouw zal vervolgens naar de keuken gaan en even later terugkeren met een koekenpan waarmee ze zal proberen jou het voetbalplezier voorgoed te ontnemen. Dat is absoluut een zeker risico. Overigens is Sneijder op dat moment nog niet bij het doel gearriveerd, dus je heb nog wel een momentje over om een en ander verder toe te lichten, mocht er behoefte aan zijn.
‘Dus je bent gewoon te lui om even die zak buiten te zetten?’ zal ze vervolgens vragen of beter ze stelt dat vast.
Er volgt een flauwe glimlach op jouw gezicht, eigenlijk is het een hautaine grijns.
‘Hoezo te lui? Natuurlijk niet liefje, ik heb je toch net uitvoerig uitgelegd waarom het beter is om even af te wachten. Dat heeft niets met lui zijn te maken.’
Maar ze houdt vol.
‘Je bent gewoon te lui. Geef het nou maar toe, je wilt gewoon naar dat stomme voetballen blijven kijken, om straks weer mopperend naar boven te komen en mij vervolgens vertellen dat het allemaal weer niks is geweest.’
‘Nou, nou. Tjonge, ik zet met alle plezier die zak buiten. Geen enkel probleem. Alleen als die rommel er morgenvroeg door de zwerfkatten is uitgepeuterd, dan moet je niet bij mij zijn. ‘
‘Dat is toch nooit het geval. Kom nou toch,’ zal ze zeggen.
‘Nou laatst nog. Maar dat heb ik je niet verteld. Ik heb die rommel helemaal met het handje in die zak terug zitten doen. Lekker karweitje hoor en daar pas ik voor. Tjee, wat je allemaal niet tegen komt?’
‘Je stelt je aan,’ zegt ze. ‘Maar goed, kijk maar wat je doet, zolang die zak morgenvroeg maar op tijd buiten staat vind ik het allemaal prima. Ze zijn er meestal om zeven uur. Dus ik snap eigenlijk ook niet zo goed hoe jij dan indertijd die kapotte zak überhaupt hebt kunnen opruimen…’
‘Die vuilnismannen hadden hem laten liggen. Die maken de handen er niet aan vuil.’
‘Zo, dat punt is binnen,’ denk je vervolgens.
‘Het is buitenspel…’ zegt ze dan en ze wijst naar Schneider die druk gebarend het tegendeel probeert te bewijzen, maar noch de assistent noch de arbiter kan overtuigen van zijn vermeende gelijk.
‘Wat een zak… die scheids,’ zeg jij.
‘De man heeft gelijk. Buitenspel is buitenspel. Had Wesley maar niet te vroeg naar voren moeten lopen.’
‘Die pass kwam veel te laat.’
‘Natuurlijk, het zal weer eens niet aan die Schneider liggen…’
‘Dat kon je toch zien. Het duurde gewoon even te lang.’
‘Ik ga naar bed.’
‘Ja, als het voetballen afgelopen is kom ik ook.’
‘Fijn, maar laat me slapen als ik slaap.’
‘Ja hoor, ik zal zachtjes doen.’
‘Denk je nog wel aan de vuilniszak?’
‘Ja, na het voetballen…’
‘Zie je nou wel dat je gewoon geen zin had.’
Je haalt je schouders op.
‘Ja…’zucht je. ‘Ik zet ‘m zo meteen wel buiten.’
‘Fijn, het is niet te hopen dat die zwerfkatten er dan nog zijn.’
‘Nou ja, het worden er de laatste tijd in elk geval niet meer, maar ja ook niet minder.’
‘Zie je nou dat die Schneider niet oplet. Hij staat weer buitenspel.’
‘Nee, de scheids heeft afgefloten, het is rust.’
‘Mooi toch. Dan kun jij nu even de zak buiten zetten…’

Dat gevoel wat jij nu hebt, heb ik als ik naar de debatten heb zitten kijken. Het gaat in mijn beleving uiteindelijk werkelijk nergens over. Nou ja nergens… Natuurlijk iedereen probeert zijn gelijk te halen, maar op het eind is het gewoon weer wat het is. Het is een kwestie van draaien, wenden, keren, praten zonder iets te zeggen, terug op de keeper, balletje breed of buitenspel. Dan weer in de aanval en vervolgens weer met z’n allen voor de goal.


Eind van het jaar hebben wij alsnog gemeenteraadverkiezingen. Dan is de herindeling achter de rug en zijn we ook weer een half jaar verder. De economie zal wel weer zijn aangetrokken en de werkeloosheid gestegen. Maar het komt allemaal goed wordt er overal beloofd. En wie weet… Bijvoorbeeld, soms roept de een of andere politicus iets dat plotseling iedereen wakker schudt en waar vervolgens het halve land, al dan niet deskundig, iets over wil zeggen. Het maakt in elk geval wat los, al is het maar voor even.
Dus laat ik ook maar iets roepen, niet dat het ergens toe doet, maar toch. Nou daar kom ik…
“Willen we meer of minder onzin?” En dan klinkt het… “minder… minder!”
Nog eentje dan
“Willen we meer of minder draaikonterige politici… ?”
“Minder… minder!” klinkt het.
Zo simpel is het dus. Kan iemand dat misschien dan even regelen?



Jacob Henneman