Henneman of Heijmans
Jos Heijmans JOHAN
Niet dat ik zo nodig ook iets moet schrijven over Johan Cruijff, na zijn plotselinge overlijden. Nee, er zijn er al meer dan genoeg mij voorgegaan en het meeste zal nu wel gezegd zijn, al heb ik overigens soms wel het idee dat het niet Johan is, die voorop komt. Maar goed, al met al verdient hij al die positieve aandacht. Niet dat ik hem kende of hem ooit heb ontmoet, maar uit wat ik heb gehoord en heb gelezen, is Johan een fijn mens geweest, een aangename man met een warm gevoel voor de medemens. Een groot voetballer, maar vooral dus ook een groot mens met een groot en warm hart. Johan Cruijff, veel te jong gestorven op die Witte Donderdag, een paar dagen voor Pasen.
Wat ik me realiseerde is dat Johan Cruijff in al de jaren van mijn bestaan, steeds min of meer aanwezig is geweest. Ik was twaalf toen hij debuteerde in Ajax 1. Ik weet het nog. Het werd verteld in de sportuitzending op de zondagmiddag, in de voorloper van Langs de Lijn. GVAV- Ajax in het Oosterpark in Groningen. En hij scoorde( en Ajax verloor). Het was in het najaar, ergens in november, en ik was bij mijn tante en oom, samen met mijn ouders, zoals dat eigenlijk wel elke zondag het geval was. De ooms en tantes zaten op zo’n zondagmiddag te kaarten, terwijl hun kroost zich vermaakte met van alles en nog wat en vooral ook met elkaar. En dan stond er wel ergens een radio aan afgestemd op de “sportzender” ondanks dat er geen kip was, die er echt naar luisterde. Vreemd eigenlijk dat zo’n moment je dan toch bijblijft. Raar, dat ik dat toen toch hoorde, terwijl ik toch druk bezig was met andere dingen.
De jaren die volgden was Cruijff steeds in het “nieuws”, eerst bij Ajax, het Nederlands elftal, Barcelona, Feijenoord… Als speler, als trainer, en ik volgde dat “nieuws”. Mijn interesse in Johan Cruijff was toen min of meer wel vergelijkbaar met mijn interesse in de Rolling Stones. Armand en de Amsterdamse Outsiders met Wally Tax. Niet overmatig, maar wel met een grote regelmaat. Vaak even niet, maar toch steeds wel weer opnieuw. Ongeacht het moment, of de plek, steeds maar weer pikte ik het “nieuws” over Johan op. Zomaar opeens, zo uit het niets, net zoals bij die eerste keer op die zondag, daar bij mijn tante en oom en de kaartende ooms en tantes en tussen mijn spelende neefjes en nichtjes.
Ik ben met Johan opgegroeid. Ik was weliswaar “Piet Keizer” als er gevoetbald werd met mijn vriendjes, maar dat had alleen maar te maken met het feit dat ik een “linkspoot” was en nog steeds ben. Bovendien was Johan veel beter en ik wilde niet de indruk wekken dat bij het kiezen van de partijen mijn eventuele uitverkiezing werd gebaseerd op de kwaliteiten die ik als “Johan” toch zou suggereren, maar pertinent niet had. Nee, dat was niet mijn bedoeling en ik wilde mezelf vooral ook niet die druk opleggen. Dat hoorde niet zo bij mij. Nee, “Piet Keizer” met zijn prima traptechniek en zijn scharende passeerbeweging, dat paste veel beter bij mij, en bovendien wisten de andere jongen dan ook meteen wat ze aan me hadden. Ik was vooral dankzij mijn voorkeur voor “Piet” altijd vaste keuze, en vaak al “ingedeeld” bij de eerste keuzeronde.
Johan Cruijff, ongeëvenaard, een voetballer met een ongelofelijk talent. Fragiel ogend, maar een ras-atleet.
Meester in het relativeren, en in het motiveren en inspireren van mensen. Zoveel meer dan zomaar een voetballer met een uitzonderlijk talent, die onder andere bij Ajax en Barcelona en Feijenoord heeft gespeeld.
De Stones wilden voor veel geld wel spelen in Havana… om de mensen daar het gevoel van vrijheid te geven. Johan had het voor niks gedaan.
Misschien maakt dat wel het verschil tussen mensen en buitengewone mensen. Maatschappelijke betrokkenheid noemen ze dat.
Het is niet dat ik Johan Cruijff ken, maar ik ga af op dat wat ik in al die jaren aan kennis heb opgedaan uit alle informatie, het nieuws, de discussies, de wedstrijden of welke gebeurtenis, waar Johan een rol in heeft gespeeld.
Johan de filosoof is niet meer. Leve Johan… en zou het volgende hebben kunnen gezegd; “als jij de bal niet speelt, dan kan je het spelletje ook nooit winnen”.
En zo is dat. Johan heeft altijd de bal gespeeld, soms wonderschoon, soms alleen maar effectief, gewoon omdat het niet anders kon. Maar hoe dan ook…wel altijd fair, open en positief.
En bij zo’n bericht over Johan Cruijff mijmer ik maar wat en denk ik terug aan mijn jeugd. Misschien wilde ik niemand anders dan “Piet Keizer” zijn… omdat ik gewoon een linkspoot was.
Jos Heijmans