1.  

Henneman of Heijmans  

 

Jos  Heijmans     BIJLTJE



Mijn besluit om het boompje dat de voortuin een dertigtal jaren had opgesierd met harde hand te verwijderen was een dapper besluit. Tenminste dat vind ik nu, achteraf.
Het leek een klusje van niks. Een niemendalletje, een fluitje van een cent. Maar… dat viel tegen. Het boompje moet hebben aangevoeld waar ik op uit was, toen ik met zaag en schop op de plek waar het te doen was, arriveerde. Hier en daar liet het boompje een overigens nog prille lentekriebel zien. Aan sommige takken zaten de eerste tekenen van het voorjaar, maar dat was alles. Bovendien was het door mij gekozen tijdstip gebaseerd op het feit dat er nog geen blad aanwezig was en dat daarmee de klus helder en duidelijk te overzien zou zijn, met als bijkomende en niet onbelangrijk voordeel dat ook de hoeveelheid afval beperkt zou blijven.
Vol goede moed was ik begonnen aan het omleggen van genoemd boompje. Na een klein halfuur leek het er sterk op dat al mijn inspanningen in dit omlegproces het boompje nauwelijks van zijn stuk hadden gebracht. In tegendeel zelfs. Nog steeds stond het boompje daar, fier overeind en nauwelijks aangedaan, ondanks de brute aanval die ik op hem had ingezet. Nee, ik moest uit een ander vaatje gaan tappen, dat was wel duidelijk.
Het resultaat van het traject dat ik had ingezet, rechtvaardigde de grote twijfel die ik ondertussen had gekregen op de goede afloop. Natuurlijk, de meeste takken waren eraf en ook had ik rond de stam van het boompje al een gat gegraven van tenminste 35 centimeter diepte. Op deze diepte meende ik al de wortels te hebben blootgelegd, die volgens mijn inschatting het boompje overeind hielden. Na bijna een uur moest ik helaas toegeven, dat het boompje met wortels vasthoudender was dan ik had verwacht. Met mijn zaag en schop leek het erop dat ik een niet te winnen gevecht was aangegaan.
Ik maakte een nieuw aanvalsplan, want ik ging er inmiddels van uit dat het boompje zich niet zonder slag of stoot zou laten verwijderen, en gezien de staat van het boompje, gehavend en totaal ontdaan van takken, was er ook geen weg meer terug. Het was nu een kwestie van hij of ik. Na weer ruim een kwartier moest ik toegeven, dat ook mijn nieuwe aanpak niet tot het gewenste succes zou leiden. Mijn buurman, die zich ondertussen ook met de zaak bemoeide, probeerde me te duidelijk te maken dat voor het verwijderen van halsstarrige boompjes, waar blijkbaar het boompje in mijn voortuin onder kon worden gekwalificeerd, de inzet van grover materiaal was verreisd. Hij adviseerde een pikhouweel of nog beter een stevige aks in te zetten. Ik herinnerde me dat ik in het bezit moest zijn van een bijl, of beter een bijltje. Ergens in mijn schuur, daar moest het ergens liggen. Ik had hem ooit gekregen, maar nog nooit gebruikt. De buurman meende nog te moeten opmerken dat een aks toch echt beter zou zijn, en dat met een aks het klusje waarschijnlijk binnen een tiental minuten geklaard zou zijn. Maar toen ik hem had voorgehouden dat ik niet meer kon inzetten dan het nog nooit door mij gebruikte bijltje, gaf hij uiteindelijk toe, dat ik hiermee de klus misschien ook wel tot een goed einde zou kunnen brengen.
Na een half uur intensief zoeken, waarbij ik en passant niet anders kon dan mijn schuur min of meer op te ruimen, kwam ik hem tegen. Het bijltje, zo goed als nieuw. Nou ja, het had wel een beetje roestvorming, maar daar was overheen te komen. Bovendien zou door het gebruik ervan de roest wel verdwijnen. Gewapend met bijl ging ik terug naar de plek waar het moest gebeuren. De buurman was inmiddels teruggekeerd naar de buurvrouw. De wortels staarden mij uitdagend aan en dit maakte het slechtste in mij los. Met alle kracht die ik in me had opende ik de aanval, maar ondanks mijn inzet viel het resultaat aanvankelijk bitter tegen. De bijl deinsde na iedere slag weer terug en de wortel die ik met brute kracht had geprobeerd te elimineren, lag er nog min of meer ongehavend bij. Ik vroeg me af of mijn bijl wel scherp genoeg was voor dit karwei.
De buurman, die blijkbaar bij de buurvrouw niet gevonden had wat hij zocht, had zich weer gemeld en stelde me de vraag of ik al vaker met een bijltje had gehakt. Ik moest toegeven dat ik geen enkele bijl-ervaring had.
Hij adviseerde me om mijn slag schuin aan te zetten, waarna ik hem vroeg wat hij hiermee exact bedoelde. Na zijn uitvoerige toelichting probeerde ik het opnieuw en inderdaad leek het of deze aanpak succesvoller was. Het donderbruin van de wortel, vertoonde blanke stukken. Het was nog minimaal, maar het was in elk geval een begin. Na een twintigtal intensieve aanvallen op de wortel, brak hij. Nee, niet het boompje, maar de wortel. Ik schudde aan het boompje, maar dat gaf geen krimp. Mijn buurman motiveerde me door te stellen dat ik misschien nog wel een stuk of tien wortels zou moeten overwinnen voordat ik uiteindelijk het boompje zelf kon overmeesteren, en om me de moed helemaal in de schoenen te doen zakken vertelde hij er ook nog zonder enige terughoudendheid bij dat er meestal ook nog een diepe wortel onderaan het boompje de zaak op zijn plek hield. Volgens hem was wat ook meteen de lastigste fase van het karwei. Als ik zover zou zijn, dan was het gepiept.
Het deed me bijna besluiten om het bijltje er bij neer te gooien, maar ik vermande me. Nee, ik wilde me niet laten kennen. Enfin, om een lang verhaal kort te maken. Na twee en half uur ploeteren gaf het boompje zich zelf over. De wortel waarover mijn buurman had verhaald, was inderdaad een bijna niet te nemen horde en net op het moment dat ik op het punt stond de steel naar de bijl te werpen, zowel letterlijk als figuurlijk ( want de steel en de bijl lagen even in scheiding, omdat de spie er door mij uit was gehakt) brak het verzet, vooral ook omdat ik mijn evenwicht verloor en met mijn volle gewicht tegen het inmiddels wankele boompje viel. Een geluk bij een ongeluk.
Het is allemaal goed gekomen en het boompje ligt nu in stukken in mijn voortuintje, gereed om te worden afgevoerd. Ikzelf heb een aantal schrammen en vooral ook spierpijn. Pijn in die spieren waarvan ik niet eens meer wist dat ik ze had. Net als dat bijltje, dat ergens in mijn schuur al jaren in stilte had gerust.
 

 


 

 Jos Heijmans