De 133 gedachtenkronkels van de wonderlijke Boris Borowitsj

 

Kronkel  84  Toekomst

Boris heeft meer vrijheden gekregen en de verzorging is overgenomen door zuster Francisca. Deze zuster heeft er voor gezorgd dat Boris door een arts is onderzocht. Deze arts is tot de conclusie gekomen dat de doofheid van Boris moet zijn ontstaan door een onbehandelde infectie. De kans dat zijn gehoor al dan niet deels zal terugkomen is nihil. De abdis van het klooster heeft daarom Boris meer ruimte gegeven en hij mag elke dag enkele uren naar een speciaal voor hem afgeschermd gedeelte in de tuin van het klooster. Boris heeft daar zijn eigen moestuintje en bloementuin en ook een bankje waar hij vaak zit te lezen.
Zo gaan de dagen voorbij en ondanks het missen van het geluid geniet hij van de vogels, insecten en bloemen en bomen. Zuster Francisca doet haar uiterste best om het voor Boris zo aangenaam mogelijk te maken en vaak brengt ze nieuwe plantjes of zaadjes voor hem mee. Ook zorgt ze ervoor dat hij voldoende te lezen heeft en zo af en toe neemt ze ook vers gebakken cake of koekjes voor hem mee. Boris en Francisca ontwikkelen samen een soort gebarentaal, zodat ze min of meer met elkaar kunnen communiceren. Boris voelt zich ondanks zijn doofheid gelukkiger dan in de afgelopen jaren. De abdis heeft Francisca toestemming gegeven om voor Boris verfspullen en schilderslinnen mee te nemen en Boris lijkt een nieuwe passie te hebben gevonden in het schilderen van de bloemen en de vogels en de natuur om zich heen.

 

 

De stilte laat mij zien

Mijn handen laten mij voelen

En ik beweeg en ik volg

Mijn gedachten en ideeën

Mijn ogen maken foto’s

Van het leven om mij heen

 

Ik fixeer elke beweging

Van elke bloem van elk insect

Ik omarm de warmte van het leven

En ik ben vol bewondering

En van verbazing hou ik mijn adem in

 


Ik zie de kleuren

Die mij vertellen

Over wie ik ben

En wat ik wil

Over alles wat ik koester

En wat mijn hart doet kloppen

 

Met de streken van mijn penseel

Componeer ik een symfonie

En de kleuren zijn als tonen

En zingen in mijn hoofd

En spelen het lied dat ik horen wil

 


Als in het voorjaar

Wanneer elke bloem ontwaakt

En elke boom zich klaarmaakt

Voor een lange zomer
 
Dan leef ik op en zoek de zon

Die de lange donkere nacht verdrijft

En die de rijp laat verdwijnen

En de dauw doet verdampen

Dan wordt mijn fantasie getart

En vullen zonnestralen mijn getergde ziel
 
En dankbaar omarm ik alles ik zie

 

Ik maak en creëer

Ik bedenk en fantaseer

Ik componeer en boetseer

Ik ontsluit mijn hart

En laat het licht toe

Dat ik uiteindelijk toch heb gevonden

Ik heb de duisternis verdoemd

En ik heb achter mij gelaten

Alles wat mijn somber en verdrietig maakt

Want nu is het vandaag

En in morgen ligt mijn toekomst  

 

han meijs