32) Het begin van een nieuw millennium (2000)

Esther en ik hadden samen met ons tweetjes de eeuwwisseling gevierd. Esther wilde dat zo. Ze had geen zin om uit te gaan. Ze was een paar weken voor kerst gevallen en ze had daar nog steeds veel last van. De dokter had haar verzekerd dat het alleen maar een zware kneuzing was. Ze had vooral de eerste dagen na haar val enorm veel pijn. De pijnstillers leken nauwelijks te helpen.
‘Je vindt het toch niet erg?’ vroeg ze. ‘Ik voel me best een beetje schuldig,’ had ze gezegd.
Daarom waren we in Setalla gebleven. De eeuwwisseling was eigenlijk aan ons voorbij gegaan. We hadden samen wat gedronken en ons geamuseerd met een kaartspelletje. Ik had bij de plaatselijke supermarkt nog wat hapjes gekocht en bij de slijterij in het dorp een paar flessen champagne.
‘Waar zou ons kind nu zijn?’ zei ze met een trilling in haar stem. Het was twaalf uur en in de verte klonken de eerste knallen van vuurwerk.
‘Ik weet het niet Es…ik hoop dat zij of hij nu met veel vrienden is. Of met een gezin en misschien wel met onze kleinkinderen. We kunnen er helaas niets meer aan veranderen. Het is nou eenmaal zo.’
Dat laatste klonk eigenlijk ongewild koud en hard.
‘Sorry Es, het is niet zo bedoeld zoals ik het zei,’ voegde ik er snel aan toe.
Ze knikte, maar ze zei niets.
Zwijgend nipten we aan ons glas champagne.
‘Denk jij dat we…?’
‘Ik weet het niet. Het heeft geen zin in iets te geloven, dat niet kan. Dat nooit zal gebeuren.’
‘Mag ik ook niet geloven in een wonder liefje?’
‘Wonderen bestaan niet Es, tenminste niet in ons geval.’
Ik moest hard voor haar zijn. Het was nu even nodig.