Hoofdstuk 16


Robert had uitgeslapen en had daardoor het ontbijt gemist. Nadat hij Rover had uitgelaten was hij naar kamer negenendertig gegaan. De grote Ramondo was er niet. Liz lag op bed te lezen en Saskia zat achter haar laptop ijverig te typen.
‘Denk je wel dat het goed gaat vandaag?’
‘Dat zal toch wel…’
‘Ik weet het niet Sas, ik heb er geen goed gevoel bij.’
‘Wat kan er nou gebeuren. Niemand weet wat er echt aan de hand is behalve Charles Thompson. We hebben hem gisterenavond nog even gebeld. Hij heeft ons verzekerd dat hij niets zal ondernemen als jij bij de Daily bent omdat hij Liz absoluut niet in gevaar wil brengen.’
‘Ik begrijp iets even niet. Heb ik wat gemist of zo?’ zei Robert vol verbazing.
Saskia keek hem niet begrijpend aan.
‘Hoezo, heb je wat gemist?’
‘Nou, als ik het goed beluister weet Thompson dat wij, dus jij en ik, degenen zijn die zijn vrouw hebben ontvoerd en dat ik, een van de twee gewetenloze ontvoerders, vanmiddag doodleuk bij hem op kantoor verslag kom uitbrengen.’
‘Ja, en…?’
‘En…! Wie heeft hem dat verteld?’

 

-61-

 


‘Ik, samen met Liz,’ reageerde Saskia met een stalen gezicht.
‘Jullie?’ Robert was helemaal uit het veld geslagen. Hij snapte er niets meer van.
‘Wat is het probleem?’
‘Wat het probleem is! Nou ik hoop dat je jezelf kunt voorstellen hoe het voelt om zo meteen op het kantoor van de Daily te zijn waar Charles Thompson de grote baas van de krant waarschijnlijk ook aanwezig zal zijn. Het geeft mij een bijzonder fijn gevoel dat hij ervan op de hoogte is dat de ontvoerder van zijn liefhebbende vrouw aan de hoofdredacteur van zijn krant zijn verhaal zit te vertellen. Thompson is niet gek, hij zal zich er op verheugen dat hij mij zo voor het grijpen heeft. Hoe knullig kun je zijn. Maar wat ik nog veel erger vind is dat ik hiermee Jenny ook in een moeilijke positie breng. Zij wordt zonder het te weten en te willen medeplichtig aan ontvoering. Mag ik jullie er even op wijzen dat ik  hier enorm van baal dames.’
‘Ik snap echt jouw probleem niet Robert Brown,’ zei Saskia met een lichte irritatie in haar stem.
‘Wat doe je nou moeilijk. Niemand anders dan Charles Thompson weet hiervan en die is er niet bij. Die laat het over aan die andere vent. We hebben met hem afgesproken dat hij verder niets zal ondernemen en bovendien heeft hij Liz en mij plechtig beloofd dat hij jou geen strobreed in de weg zal leggen. Dus ook voor Jenny is er helemaal niets aan de hand.’
‘Maar waarom hebben jullie hem dit in godsnaam verteld? Hoe kun je nou zo dom zijn om hem te vertellen dat wij, als deelnemers aan de wedstrijd, Liz hebben ontvoerd? Bovendien hebben jullie hiermee wel de verrassing uit ons avontuur gehaald.’
‘Hoezo?’
‘Nou, volgens mij was het de bedoeling om onze identiteit als ontvoerders pas bekend te maken bij de presentatie van het avontuur en dus niet nu al.’
‘Is dat zo? Hadden we dat zo besproken?’
Saskia keek naar Liz.
‘Moet je mij niet vragen. Het is jullie onderneming. Het is in het kader van wat ik tot nu toe heb gezien wel iets dat in het totale beeld past. Het is op zijn zachtst gezegd tot nu toe niet echt een smetteloze operatie. Eigenlijk kan ik helaas alleen maar vaststellen dat het nog steeds aan alle kanten rammelt. Maar goed, het zal allemaal wel goed komen, tenminste daar ga ik gemakshalve maar van uit.’
Saskia schudde haar hoofd.
‘Je bent een echte zeur Liz Thompson. Je hebt alleen maar commentaar, maar voor de rest niets opbouwends.’
‘Luister meisje. Ik ben hier het slachtoffer, niet jij. Ik snap best dat het geen dagelijks werk voor je is, maar je moet mij ook niet gaan verwijten dat ik niet al te veel bijdraag. Daarvoor ben ik ook niet hier. Het is nogmaals niet mijn ontvoering. Uh, nou ja… jullie weten wel wat ik bedoel.’
Saskia zweeg en keek strak voor zich uit.
‘Nou weet ik nog niet waarom je onze identiteit bekend hebt gemaakt aan Thompson.’
‘Robert, geloof me het maakt geen verschil,’ zei Liz.
‘Dat zeg jij. Jij bent niet met iets strafbaars bezig. Jou pakken ze niet op.’
‘Jou ook niet, wees maar niet bang.’
‘Liz, doe even normaal, Thompson heeft mij gezien. Hij heeft kennis met mij gemaakt. Hij heeft me in zijn kantoor ontvangen. Hij heeft mij zijn spelregels uitgelegd en hij heeft mij aan Saskia voorgesteld. Je denkt toch niet dat hij mij echt ziet als een kille koele ontvoerder, die tot alles in staat is. Ik ken Thompson alleen maar van dat ene moment, maar ik weet zeker dat hij exact weet hoe ik in elkaar steek. Dus hij weet ook dat deze hele ontvoering een grote farce is. Dat als hij zou willen hij mij vandaag zo onder druk kan zetten dat hij daarmee zijn vrouw vanavond weer in zijn eigen bed heeft zonder dat hij daar ook maar een penny armer van is geworden.’
‘Wie zegt dat wij samen slapen,’ mompelde Liz.
‘Toe nou Liz. Niet zo bijdehand graag.’
‘Robert, zelfs als je gelijk mocht hebben, dan zal het niet gaan zoals je het nu schetst. Vergeet niet dat Saskia er ook nog is.’
‘Ik neem aan dat hij nu ook weet dat zij het meisje is dat hij zelf aan mij heeft voorgesteld?’
Saskia en Liz zwegen.

 

-62-


‘Sas…?’
‘Ik weet het niet,’ antwoordde Saskia nauwelijks hoorbaar.
‘Verdomme, jullie gaan me toch niet vertellen dat je Thompson alleen over mij hebt verteld en dat je jezelf buiten schot hebt gehouden?’
‘We hebben het er niet zo over gehad,’ zei Saskia met een beteuterd gezicht. ‘Bovendien weet hij dat ik Saskia heet en als hij zo slim is zoals jij veronderstelt dan zal het voor hem ook wel één en één is twee zijn. 
Robert was laaiend.
‘Weet je wat…! Jullie lossen het maar lekker zelf op. Ik ga echt niet naar de Daily. Ik ben niet gek. Ik ga mezelf niet voor aap zetten. Daar met een uitgestreken gezicht gaan zitten vertellen dat we zo leuk bezig zijn, dat het zo’n een opwindend avontuur wordt met daarbij de wetenschap dat de baas van de hele zooi exact weet hoe de vork in de steel steekt. Geen haar op mijn hoofd die er aan denkt! Ik…’
‘We kunnen niet meer terug Robert en doe nou eens even rustig,’ onderbrak Liz hem. ‘Er is helemaal niets aan de hand. Je laat je meeslepen. Natuurlijk weet Charles wie je bent. Maar dat maakt toch geen verschil. Hoe goed kent hij jou? Misschien heb je jezelf daarom wel ingeschreven voor de wedstrijd om zo op deze manier mijn ontvoering uit te kunnen voeren. Weet hij veel.’
‘Ach Liz kom nou toch. Hij weet toch allang dat ik een saaie medewerker ben bij Slegde en Sons. De oude Slegde en hij zitten volgens mij op dezelfde golfclub. Dus die hebben elkaar allang gesproken. De oude Slegde zal hem wel haarfijn hebben uitgelegd wat voor een grijze muis ik ben en hij zal Thompson hebben verzekerd dat ik niet eens capabel ben om een vlieg de nek om te draaien.’
‘Dat zou wel knap zijn.’
‘Uh, hoezo? Wat bedoel je nu weer?’
‘Dat het wel knap zou zijn als jij een vlieg de nek om kon draaien. Dat is best lastig lijkt me.’
‘Hou nou toch eens op met die flauwe opmerkingen. Ik sta op instorten en jij blijft maar van die domme grapjes maken.’
‘Je doet me tekort Robert Brown. Mijn grappen worden alom gewaardeerd.’
‘Door de mensen die door jou worden betaald zeker.’
‘Robert Brown, je valt me tegen. Ik dacht dat je zo’n aardige jongen was, maar blijkbaar heb ik me vergist.’
‘Hij is best wel aardig Liz, maar hij is even wat gestrest,’ probeerde Saskia Robert te verdedigen.
‘Ik begrijp er onderhand niets meer van, behalve dan dat ik nog nooit zo iets doms als dit op mijn hals heb gehaald. Ik heb in mijn hele leven er nog nooit zo’n ongelofelijke puinzooi van gemaakt. Ik vergooi echt alles. Mijn loopbaan, mijn geld, mijn toekomst, alles…’
‘Robbertje, wat moet ik doen om je weer uit deze dip te halen?’ Nu meende Liz het serieus en Robert wreef met zijn hand door zijn haar.
‘Ik heb geen idee. Vertel me nu eens eerlijk hoe we er voor staan?’
‘Best goed,’ reageerde Saskia.
‘Ramondo heeft eigenlijk alles klaar staan. Liz en ik hebben met Charles Thompson afgesproken dat we hem vanavond bellen om af te spreken wanneer we Liz ruilen tegen het geld en in principe heb ik ons avontuur volgende week dinsdag op papier staan en kunnen we wat mij betreft woensdag of donderdag met Thompson afspreken om onze belevenissen te presenteren. Dus eigenlijk is het klaar en dat ruim voor de einddatum.’ Saskia wees naar de laptop. ‘Het staat allemaal gereed. Ik ben helemaal bij.’
‘Ik weet het niet.’ Robert zat vol met twijfels.
‘Dus, stel dat we donderdag een afspraak kunnen maken met Thompson en als dan alles volgens plan verloopt, dan ben ik na donderdagavond van dit gedoe af en kan ik me vrijdag weer bij de firma Slegde melden. Als ze me daar tenminste nog willen.’
‘Ze weten toch niet beter dan dat je op vakantie bent.’
‘Je gelooft nog steeds niet dat Charles Thompson tijdens een gezellig partijtje golf even tussen neus en lippen aan de oude Slegde heeft gemeld dat een van de medewerkers van Selgde en Sons zijn vrouw heeft ontvoerd en hij voor een miljoentje of vier mevrouw Thompson weer netjes terug zal bezorgen? Hij zal Slegde zeker adviseren om zijn medewerkers in de toekomst wat beter te betalen zodat die niet in de verleiding worden gebracht om tijdens de vakantie bij te beunen. Ergo, dat die onderbetaalde medewerkers in die paar weken vrije tijd die ze per jaar hebben zich met hele verkeerde dingen bezig kunnen gaan houden dankzij de gierigheid van de oude baas. 

 

-63-


Nee, hij zal de oude Slegde wel even laten weten hoe hij er over denkt dat zijn personeel zich te buiten gaat aan het kidnappen van onschuldige vrouwen van middelbare leeftijd en ze daarmee bruut wegrukt uit hun veilige luxueuze bestaan. En dat alleen maar om daar zelf beter van te worden. Die medewerkers bedoel ik.’
‘Ik snap het Robbertje, maar wat ben jij cynisch. En wie zegt dat ik een onschuldige vrouw van middelbare leeftijd ben? Robbertje je moest eens weten.’
Hij reageerde er niet op.
‘Nou, wat gaan we ermee doen?’ vroeg Saskia ongeduldig.
Robert zag wel in dat er geen weg terug meer was.
‘Heb je verder nog wat afgesproken?’ zei hij op kalme toon.
‘Alleen nog iets over het losgeld. Hoe we het willen hebben.’
‘Mooi, maar vertel, wat wordt het nu? En graag zo, dat ik het ook nog kan snappen.’
‘Nou ja, gewoon zoals we het hebben afgesproken. In tassen van Samsonite. Je moet er morgen trouwens nog wel even een paar mee brengen hoor. Niet vergeten.’
‘Waarom. Eentje lijkt me toch wel voldoende lijkt me, of heb ik weer iets gemist?’
‘Eh nee, je hebt gelijk. We willen maar één tas, nietwaar Saskia,’ grinnikte Liz.
Saskia knikte.
‘En verder?’ vroeg Robert argwanend.
‘Verder niks… tenminste niets bijzonders. Thompson zei dat hij blij zal zijn als het allemaal achter de rug is en hij uitkijkt naar het moment waarop Liz veilig en wel weer bij hem terug zal zijn.’
Robert keek op zijn horloge.
‘Tijd om te gaan. Nou wens me maar succes. Ik ben echt bloednerveus. Ik heb er echt geen goed gevoel bij.’
Saskia kwam naar hem toe en sloeg haar armen om hem heen.
‘Je kunt het Robert. Dat weet ik zeker,’ en ze gaf hem een kus op zijn wang. ‘Doe je ook de groeten aan Jenny.’
Liz stond op.
‘Robbertje, ik geloof in je. Zet hem op. Laat ze een poepje ruiken.’
Ze pakte de hand van Robert vast.
‘Ik wil je ook wel een kusje geven, net als Saskia, al zit je daar volgens mij niet op te wachten.’
‘Alles helpt me nu Liz, geloof me,’ antwoordde Robert.
Ze trok Robert naar zich toe en streelde zijn haar en gaf hem een innige kus op zijn lippen. Saskia keek er vol verbazing naar, maar ze hield wijselijk haar mond.
‘Zo Robbertje, nu moet het volgens mij wel gaan lukken,’ zei Liz terwijl ze weer op bed ging liggen en haar boek van het nachtkastje pakte. Robert veegde met zijn mouw zijn mond af en keek met een vies gezicht naar Saskia.
‘Zelfs Rover is nog subtieler als hij met mij kust…’
‘Gadver…’ reageerde Saskia.

 

-64-